Henny: ‘Restje groente over? In de soep ermee!’
Dat er veel voedsel wordt verspild, dát wisten Henny de Jong en haar twee klasgenoten wel. Maar hoeveel eten gooit een huishouden nu daadwerkelijk weg? En hoe kun je voorkomen dat voedsel in de vuilnisbak verdwijnt? De VWO-scholieren gingen op onderzoek uit.
Tips van Henny:
- Soep is dé manier om restjes te verwerken. ‘Dat is echt mijn tip aan anderen. Bijna alles kan in de soep!’ Zoek een lekker recept op internet bijvoorbeeld het Voedingscentrum; klik hier
- Doe gerichter boodschappen. ‘Bedenk van tevoren wat je gaat maken, zodat je alleen koopt wat je ook daadwerkelijk nodig hebt. Zo voorkom je dat er eten in je koelkast ligt te verpieteren en je het uiteindelijk moet weggooien.’ Maak thuis al een boodschappenlijstje maken en voorkom dat je teveel koopt.
Ze werken alle drie in de horeca. Daar zien ze dat er grote hoeveelheden eten worden weggegooid. ‘Maar hoe dat bij mensen thuis zat, dat wisten we niet.’ Daarom besluiten Henny de Jong en haar twee klasgenoten hun profielwerkstuk te richten op voedselverspilling bij particulieren. Het profielwerkstuk is een grote opdracht die scholieren in hun examenjaar uitvoeren.
Vuilniszak
‘We vonden twaalf huishoudens die aan ons onderzoek wilden meewerken’, vertelt Henny. ‘Die huishoudens deden een week lang al het eten dat ze weggooiden in een aparte vuilniszak. Na een week haalden we de zakken op en hebben we ze gewogen.’ En, wat blijkt? ‘Gezinnen met jonge kinderen gooien het meeste voedsel weg. Ouderen juist heel weinig.’ Henny en haar klasgenoten verwerken hun ervaringen en bevindingen tot een verslag en geven een presentatie op school. En niet zonder succes: ‘We kregen een 8!’
Soep van mislukte oogst
Tijdens hun onderzoek hebben Henny en haar twee klasgenoten contact met de gemeente Heerenveen. ‘Via de gemeente hoorden we over de mislukte aardappeloogst van een boer uit de buurt. Of wij daar misschien iets mee wilden doen?’ Daar hoeven de drie niet lang over na te denken. ‘We besloten de aardappels te verwerken in soep en die vervolgens uit te delen op het gemeentehuis. Zo hadden we een mooie aanleiding om met medewerkers van de gemeente in gesprek te gaan over voedselverspilling.’
“Koop alleen wat je ook daadwerkelijk nodig hebt!”
Eye-opener
Het profielwerkstuk heeft Henny zelf ook aan het denken gezet. ‘We hebben thuis ook bijgehouden hoeveel eten wij weggooiden. Dat was echt een eye-opener. Voorheen aten we bijvoorbeeld nooit de kontjes van het brood op – nu wel. En groente die niet zo mooi meer is, verwerken we in soep. Daardoor verspillen we veel minder voedsel.’