Alles krijgt een tweede leven in het Repair Café Heerenveen
Een radio die niet meer werkt? Een tosti-ijzer dat het begeeft? Natuurlijk kun je deze apparaten tegenwoordig gemakkelijk en goedkoop vervangen voor nieuwe exemplaren, maar gooi de oude niet te snel weg. Dat is de boodschap van de mannen van het Repair Café in Heerenveen. Zij willen ze graag herstellen, omdat het beter is voor het milieu én omdat ze het gewoon leuk vinden om te doen.
Het liefst repareren ze stereo’s en stofzuigers van tientallen jaren oud. Die zijn vaak gemakkelijk uit elkaar te halen en laten zich ook relatief eenvoudig herstellen. Maar ook moderne apparaten zoals Senseo’s, elektronisch speelgoed en computerapparatuur krijgen een kans. Want de negen technici van het Repair Café in Heerenveen gaan het liefst geen enkele uitdaging uit de weg.
Hoe eerder hoe beter
Het repareren van kleine apparaten, dat is wat de mannen van het Repair Café elke eerste en derde woensdagochtend van de maand van 09.30 tot 12.00 uur doen. Mensen kunnen hun spullen komen inleveren in het café van Trinitas – hoe eerder hoe beter – en ze vaak dezelfde ochtend nog komen ophalen. Is er meer tijd nodig, dan de sessie erna.
Staafmixers en cassettedecks
Hoeveel mensen er gemiddeld gebruik van maken? Op de afgelopen repairochtend waren het er achttien, vertelt oprichter Roel Nijwening. Van Senseo’s tot staafmixers, van lampen tot klokjes en van videorecorders tot cassettedecks: er kwam van alles voorbij. Hij was zijn tijd ver vooruit toen hij hier twaalf jaar geleden mee begon, toen nog onder de naam Kleine Apparaten Reparatie (KAR).
Repair Café
Roel werkte daarvoor jarenlang als productiehoofd bij een bedrijf dat touringcars en bussen voor het openbaar vervoer produceerde, en was na zijn pensioen nog niet uitgeklust. Hij begon KAR met twee vrienden en toen een jaar later landelijk het Repair Café-fenomeen ontstond, sloten ze zich hier in 2012 bij aan. De wethouder opende het Repair Café en zo groeiden ze langzaam door tot de huidige samenstelling.
Vrienden
“Alle mannen doen goed werk, ieder met zijn eigen kennis en specialiteit”, zegt Roel. “Ze vinden het ook echt leuk om heel diep zo’n apparaat in te gaan. Ze nemen er niet zomaar genoegen mee als iets zich niet eenvoudig laat repareren”, vertelt Roel met een glimlach. Meer elektriciens en mechanici hebben ze niet per se nodig, al zijn nieuwsgierigen altijd welkom om eens te komen kijken. De sfeer is zo goed dat het als het ware een vriendengroep is geworden. Er is een fooienpot voor speciale gereedschappen en soms een excursie. Zo gaan ze af en toe samen uit eten, of bezoeken ze musea met oud gereedschap of apparaten.
Kosteloos
Roel vindt het mooi dat ze ondanks de groei toch heel toegankelijk zijn gebleven. Mensen brengen hun kapotte apparaten kosteloos, krijgen een gratis kopje koffie als ze daar zin in hebben en betalen alleen als er nieuwe onderdelen nodig zijn. Fietsen repareren de mannen niet en ook naaiklussen nemen ze niet aan. De mannen willen de lokale middenstand geen werk uit handen nemen.
Theelichtje
“Als we zien dat een apparaat niet meer gemaakt kan worden of als het ons te ingewikkeld is, dan nemen we dat ook niet aan. Want dat kost te veel tijd en dan gaat het ten koste van andere klanten. Maar voor de rest zijn we niet zo kritisch. De meeste apparaten zijn heel eenvoudig te repareren. Vaak is er slechts een snoertje kapot. Dan kan het om een simpel theelichtje gaan waarvan een ander denkt: ‘joh, gooi het toch weg’, maar als zo iemand daar gehecht aan is, dan is het mooi als je dat kunt repareren en er niet meteen een nieuwe wordt gekocht. Daar doen we het voor”, zegt Roel met een glimlach.